Sommige herinneringen bezorgen met terugwerkende kracht roodgloeiende wangen. Vanuit onwetendheid doe je onhandige dingen, waarvan je op het moment van gebeuren gelijk weet dat je het nooit meer zal vergeten. Enkele verhalen ontwikkelen zich als anekdotes waar schaterend om wordt gelachen, anderen houd je toch maar voor je.
6-8-2022
Tot het moment daar is dat je die schaamte los van jezelf kunt zien. Na het verstrijken van voldoende jaren en ervaring. De tijd heelt wonden, de tijd heelt schaamte. Laat ik beginnen met een leuke anekdote, die ik al eens eerder heb opgeschreven.
In sommige restaurants liggen feestelijke vuurwerkstokjes voorzien van chloorlucht en een vonkelspektakel klaar voor als een gast aangeeft een verjaardag te vieren. Precies zo’n staafje prepareerde ik ruim drie jaar geleden, en was ik klaar om met de dessertjes en vuurwerk naar tafel te gaan.
Tijdens mijn sprint, liep de dame in kwestie langs mij. In mijn haast van aansteken van het vuurwerk en mijn route naar de tafel, viel dat kwartje pas toen ik aan tafel stond. ‘Wat een blunder!’, zeg ik tegen haar tafelgenoten, waarna ik snel nog opper om er een foto van te maken als bewijs. In mijn column uit 2019 schrijf ik: ‘Deze nieuwe blunder, waar kostelijk om gelachen werd, weet ik hopelijk jaren later nog. En ik hoop dat de vrouw met blonde lokken een memorabele avond heeft gehad.’
In datzelfde restaurant heb ik jarenlang een Spaanse – heel bijzondere – viognier verkocht. Die vloog als een zoet broodje over de toonbank. Achteraf heb ik spijt dat ik het niet volgehouden heb, toen ik wist dat het een doodgewone Franse viognier was.
Nog veel eerder beleefde ik een van mijn meest onhandige en knullige momenten in mijn horeca carrière, denk ik toch. Verwacht niks van spektakel, want het zit ’m tenslotte in de kleine dingen.
Ik was net zestien en werkte bij het (toen) beste restaurant van mijn geboortestad. We schonken water, met in de karaffen een takje munt en een citroentje. Kennelijk gaf mijn neurotische brein mij het seintje dat die takjes en dat schijfje in de karaf moesten blijven, ook tijdens het inschenken. Toen ik per ongeluk het schijfje citroen mee schonk, viste ik die geschrokken uit het glas van meneer. Met mijn blote handen.
Nog herinner ik mij de blik van mijn toenmalige baas.
Mette Dijkstra