Wijn is niet gewoon wijn. Het is supermarktwijn, biologisch, biodynamisch of natuur. Je hebt dan nog keuze uit droog of zoet, wit, rood of rosé. Met of zonder bubbel. Fruitig of kruidig. Vol of strak. Voor huis-tuin-en-keuken-wijndrinkers lijkt het bestellen van een wijntje in een wijnbar op het kiezen van een broodje bij de Subway.
20-10-2021
Natuurwijn, of Vin nature op z’n Frans – dat klinkt gelijk wat chiquer. Maar is dan niet alle wijn een product van de natuur? Wat maakt natuurwijn natuurlijker dan de conventionele wijnen die bij de supermarkten en bijbehorende slijterijen verkrijgbaar zijn?
Het begint bij het duivelse stofje waarvan je de volgende ochtend met bonkende koppijn wakker wordt: sulfiet. Een conserveringsmiddel dat in vorm iets wegheeft van zoutkristallen. De wijn wordt door sulfiet beschermd tegen allerlei bacteriën, schimmels en oxidatie. Dat klinkt best goed, liever geen schimmel in je wijn. Toch?
Bij natuurwijn wordt sulfiet verbannen. Naast dat het de wijn beschermt, stopt het ook de goede processen in het druivensap. Zo ontwikkelt de wijn na de toevoeging van sulfiet niet meer, worden wilde gisten geremd en de wijn wordt vlakker van smaak. Nog veel eerder in het proces van wijnmaken doen natuurwijnmakers iets anders dan conventionele wijnmakers. Je kunt zelfs stellen dat het gaat om verschillende beroepen.
In beide gevallen hebben we het kort gezegd over gefermenteerd druivensap. Bij de één wordt dit proces volledig gecontroleerd, de druiven worden al aan de plant beschermd tegen ongewenste beestjes, weersomstandigheden en andere natuurverschijnselen. Druiven worden machinaal geoogst, de wijnvelden zijn enorm en eenmaal geplukt, geperst en opgeslagen worden de omstandigheden geoptimaliseerd zodat mogelijke ‘foutjes’ in de wijn worden voorkomen.
Bij natuurwijn gáát het juist om de ‘foutjes’ in de natuur. Zelfs de maanstand heeft invloed op de uiteindelijke smaak. De druiven worden tegen kou beschermd met fakkels. Oogsten gebeurt met de hand. Er kan meer misgaan, en minder worden gecamoufleerd. Daarom is het sap vaak rijk aan gekke smaken, die je niet kent uit conventionele wijnen. Met de standaard smaakprofielen krijg je geen natuurwijn omschreven.
Onder de streep is het allemaal natuurlijk gewoon druivensap. Met een smaak die je wel of niet lekker vindt, of je ‘m nou herkent of niet. Dus als je de volgende keer bij een wijnbar bent, waar je bang wordt van de mogelijkheden en variaties: bestel een glas gefermenteerd druivensap. ‘Een lekkere, alsjeblieft’.
Mette Dijkstra